donderdag 10 november 2011

1000 zielen, 1000 grafieken

We zijn met z’n allen nogal goedgelovig als het gaat om de term ‘wetenschappelijk bewezen’, maar wat zegt het nu eigenlijk?
Aanleiding voor mijn overpeinzing is een bericht in de krant over een onderzoek dat heeft aangetoond dat kinderen met ADHD rustig worden van een sober dieet met rijst als basis. De reactie van het RIVM richt zich vooral op de manier waarop het onderzoek is uitgevoerd en ziet daarin onvoldoende aanknopingspunten om de conclusies over te nemen.
Nu ben ik  bij voorbaat altijd al behoorlijk sceptisch als het gaat om wetenschappelijk onderzoek. Allereerst vanwege de verschillende manieren waarop een vraagstelling kan worden geformuleerd – dit alleen al kan een sturend effect hebben op de uitkomst.
Vervolgens speelt de vraag wie de opdrachtgever, en belangrijker waarschijnlijk: de financier is van het onderzoek. Als de zuivelindustrie aan de touwtjes trekt, is het niet waarschijnlijk dat we te horen krijgen dat melk zo slecht is.
Tenslotte gaat de term ‘wetenschappelijk’ in dit verband uit van grotere groepen die worden gevolgd. Als de groep maar groot genoeg is, is het wetenschappelijk karakter gewaarborgd.
En daar ligt volgens mij een belangrijk manco als je het beziet vanuit de natuurvoedingsleer. Die gaat er immers van uit dat effecten van voeding voor ieder individueel anders zijn, gegeven de unieke constitutie en conditie van mensen. Zelfs voor die mensen apart geldt dat op het ene moment een andere werking optreedt met dezelfde voeding dan op een ander moment. Dat heeft te maken met de conditie en omstandigheden, die vanzelfsprekend variëren. Dat is gemakkelijk voor te stellen als je bedenkt wat een ijskoude drank met je doet op een warme zomerdag of op een dag dat de temperatuur onder nul ligt.
Mensen zijn niet te vatten in staafdiagrammen. Gelukkig maar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten